Longkanker
De diagnose longkanker, of het vermoeden dat daar sprake van is, roept vaak vragen en emoties op. Longkanker kan door verschillende oorzaken ontstaan. De belangrijkste oorzaak van longkanker is het roken van sigaretten. Schadelijke bestanddelen uit de sigaret zorgen ervoor dat het genetische materiaal in de lichaamscellen wordt aangetast. Daardoor kunnen de cellen zich ongeremd gaan delen en ontsporen.
Longkanker kan ook ontstaan door andere schadelijke invloeden zoals door het werken met schadelijke stoffen zoals asbest of arsenicum, straling en gevaarlijke gassen.
Twee typen longkanker
Er bestaan twee typen longkanker: kleincellig en niet-kleincellig. Deze worden onderscheiden door hoe de kankercellen er onder de microscoop uit zien.
Links: voorbeeld van kleincellig, rechts: voorbeeld van niet-kleincellig
Kleincellige longkanker bestaat uit kleine cellen met ongeremde groei.
Niet-kleincellige longkanker bestaat uit relatief grote cellen met ongeremde groei.
Kleincellige longkanker is vaak nog agressiever dan niet-kleincellig longkanker.
Deze type-indeling is belangrijk omdat het iets zegt over hoe de cellen zich zullen gedragen, en dat heeft weer gevolgen voor de behandeling en de prognose.
Welke klachten kunt u hebben?
De meest voorkomende klachten zijn
- hoesten,
- het opgeven van slijm met soms ook bloed,
- kortademigheid,
- piepende ademhaling
- terugkerende luchtwegontstekingen
Als de tumor in de borstwand groeit, kan dat pijn in de borstkas geven. Het doorgroeien van de tumor naar de zenuw voor de stembanden kan zorgen voor heesheid.
Ook uitzaaiingen kunnen zorgen voor klachten zoals
- botpijn als er uitzaaiingen in het bot zitten
- hoofdpijn, misselijkheid of neurologische uitval door uitzaaiingen in het hoofd
- geelzucht als de lever is aangedaan
- slikklachten als vergrote lymfeklieren de slokdarm dicht drukken