Echogeleide biopsie van de hals/schildklier
Bij een echogeleide biopsie van de hals/schildklier wordt weefsel (biopten) verkregen uit de hals/schildklier met behulp van een naald. Het onderzoek vindt plaats op de afdeling Medische Beeldvorming. Het weggenomen weefsel wordt in het Pathologisch Anatomisch Laboratorium onderzocht.
De biopsie wordt uitgevoerd door een radioloog, hierbij wordt hij/zij geassisteerd door een MBB-er (radiodiagnostisch laborant).
Voor de biopsie van de hals/schildklier is geen voorbereiding nodig.
Op de afgesproken dag en tijd kunt u zich melden bij de balie van de afdeling Medische Beeldvorming. Een medewerker van de afdeling vraagt u plaats te nemen in de wachtruimte.
Een MBB-er haalt u op en brengt u naar een kleedruimte bij de onderzoekkamer. In deze kleedkamer wordt u gevraagd uw bovenkleding uit te doen.
In de onderzoekkamer neemt u op de rug plaats op de onderzoektafel met het hoofd achterover.
Er wordt een warme gel in de hals aangebracht. Vervolgens beweegt de radioloog een apparaatje over de hals en brengt het gebied in beeld waaruit de biopsie wordt genomen. Hierna wordt de huid gedesinfecteerd.
Tijdens het onderzoek bepaalt de radioloog de wijze waarop het biopt wordt verkregen (afhankelijk van de aanvraag). Dit kan op twee manieren, namelijk:
- de radioloog brengt een naald in de hals en beweegt deze op en neer terwijl weefsel wordt opgezogen. Dit kan een onaangenaam gevoel geven.
òf
- de radioloog verdooft de biopsieplaats en maakt een klein sneetje in de huid om het aanprikken te vergemakkelijken. Vervolgens brengt hij/zij een holle biopsienaald in en wordt weefsel uit de hals gehaald. Hierbij hoort u een harde ‘klik’ en kan het even gevoelig zijn en een drukkend gevoel geven. Er worden een paar biopten genomen om zeker te zijn dat er voldoende weefsel wordt verkregen voor het onderzoek.
Het onderzoek duurt ongeveer 20 minuten.
Een hals/schildklierbiopsie is in principe een veilige ingreep. Slechts in zeldzame gevallen ontstaat na deze ingreep een bloeding. Opname in het ziekenhuis kan dan nodig zijn om deze complicatie goed te behandelen.
Afhankelijk van de vraagstelling krijgt u een plaatselijke verdoving toegediend in de vorm van lidocaïne. Indien u bekend bent met een overgevoeligheid voor lidocaïne, wilt u ons dit melden? Er zal dan een ander middel worden gebruikt.
Na het onderzoek krijgt u een pleister op de prikplaats. Daarna kunt u zich aankleden en naar huis gaan.
U kunt na het onderzoek in de hals een bloeduitstorting krijgen. Dit kan pijnlijk zijn, maar kan verder geen kwaad en verdwijnt vanzelf.
In geval van pijn kunt u zo nodig een paracetamol (geen aspirine!) nemen. U mag alle dagelijkse activiteiten gewoon uitvoeren.
De uitslag van de hals/schildklierbiopsie krijgt u van de arts die het onderzoek heeft aangevraagd.
- Bij verhindering verzoeken wij u om tijdig contact met ons op te nemen. Wij maken dan een nieuwe afspraak met u.
- Neem altijd een geldig identiteitsbewijs en uw zorgpas mee naar het ziekenhuis.
- Eventuele medicijnen kunt u blijven innemen zoals u gewend bent.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de afdeling Medische Beeldvorming via het algemene telefoonnummer.