Gewrichtsverdoving
Tijdens deze behandeling krijgt u een injectie met een verdovend en een ontstekingsremmend medicament in het gewricht toegediend. Door de injectie wordt het gewricht tijdelijk verdoofd. De behandeling vindt plaats op de afdeling Medische Beeldvorming.
De gewrichtsverdoving wordt uitgevoerd door een radioloog, hierbij wordt hij/zij geassisteerd door een MBB-er (radiodiagnostisch laborant).
Voor de gewrichtsverdoving is geen voorbereiding nodig. Wel dient u vervoer terug naar huis te regelen. Vanwege de ingespoten vloeistof in het gewricht mag u na het onderzoek niet deelnemen aan het verkeer.
Op de afgesproken dag kunt u zich melden bij de balie van de afdeling Medische Beeldvorming. Een medewerker van de afdeling vraagt u plaats te nemen in de wachtruimte. Een MBB-er haalt u op uit de wachtruimte en brengt u naar een kleedruimte bij de onderzoekkamer. Daar wordt u verteld welke kledingstukken u in verband met het onderzoek uit moet doen.
U neemt plaats op de onderzoektafel. De huid wordt eerst gedesinfecteerd. Onder röntgendoorlichting of echogeleide prikt de radioloog het gewricht met een naald aan en spuit het medicament in. Dit kan een drukkend gevoel geven. De injectienaald wordt vervolgens verwijderd en u krijgt een pleister op de plaats waar geprikt is.
Het onderzoek duurt ongeveer 20 minuten.
Een gewrichtsverdoving is in principe een veilige ingreep.
De toegediende verdovende medicamenten zijn Lidocaïne of Bupivacaïne (afhankelijk van de vraagstelling). Het toegediende ontstekingsremmend medicament is Kenacort. Indien u bekend bent met een overgevoeligheid voor één of meerdere van deze medicamenten, wilt u ons dit dan zo spoedig mogelijk melden.
Diabetes Mellitus
Bij patiënten met diabetes mellitus kan de bloedsuikerspiegel ontregeld raken (verhogen) door het ingespoten medicament (Kenacort bevat corticosteroïden). Dit kan zelfs een aantal dagen duren. Bij problemen kan de patiënt contact opnemen met de huisarts of diabetesverpleegkundige.
Voor de juiste locatie van de naald wordt er een geringe hoeveelheid jodiumhoudend contrastmiddel toegediend. In verreweg de meeste gevallen verloopt dit zonder problemen. Bij een zeer klein aantal patiënten treedt een allergische reactie op het contrastmiddel op, die meestal bestaat uit niezen of het ontstaan van galbulten. Meestal behoeft dit geen verdere behandeling. Als u bekend bent met contrastallergie, neemt u dan zo spoedig mogelijk contact op met de afdeling Medische Beeldvorming.
Indien de behandeling onder doorlichting gebeurt, wordt er met zo min mogelijk röntgenstraling doorlicht. Uw behandelend arts en de radioloog wegen het eventuele nadeel van de röntgenstraling af tegen het voordeel die de behandeling kan opleveren.
U mag (door het ingespoten medicament in het gewricht) na het onderzoek niet deelnemen aan het verkeer. Het is raadzaam op de dag van het onderzoek het gewricht minder te belasten dan normaal.
De uitslag van de gewrichtsverdoving krijgt u van de arts die het onderzoek heeft aangevraagd.
Als u zwanger bent of daar een vermoeden van heeft, neemt u dan zo spoedig mogelijk contact op met uw behandelend specialist. Er wordt besproken of de behandeling door kan gaan of uitgesteld moet worden.
- Bij verhindering verzoeken wij u tijdig contact met ons op te nemen. Wij maken dan een nieuwe afspraak met u.
- Neem altijd een geldig identiteitsbewijs en uw zorgpas mee naar het ziekenhuis.
- Uw eventuele medicijnen kunt u blijven innemen zoals u gewend bent.
- Heeft u een telefonische afspraak gemaakt, vergeet u dan niet het aanvraagformulier mee te nemen! Zonder deze aanvraag wordt het onderzoek niet gedaan.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de afdeling Medische Beeldvorming via het algemene telefoonnummer.