Ingegroeide teennagel

Een ingegroeide teennagel komt meestal voor bij de grote teen. De binnenof buitenrand van de nagel is in de huid gegroeid en veroorzaakt daar een ontsteking of irritatie. De ontsteking veroorzaakt pijn.

Waardoor een teennagel in de huid groeit, is niet helemaal duidelijk. Het kan komen door:

• het schoeisel (te nauw of te smal); 
• het te kort afknippen van de hoeken van de nagel; 
• een (licht gekantelde) bouw van de teen.

Het is belangrijk dat u de teen met de ingegroeide nagel voor de ingreep goed schoonmaakt. Ook wordt u verzocht eventuele nagellak te verwijderen.

Indien u bloedverdunners gebruikt, vragen wij u contact op te nemen met het secretariaat van de poli chirurgie over het eventueel stoppen hiervan.

De ingreep bestaat uit het iets versmallen van de nagel en het verwijderen van de wortel van dit stukje nagel. Dat kan door een etsende vloeistof te gebruiken (Fenol) of door te snijden. Indien Fenol wordt gebruikt dan kan dit leiden tot wat vochtproductie in de hoek van de nagelriem tot enkele weken na de ingreep.

De chirurg overlegt met u welke behandeling in uw situatie het beste is. Bovengenoemde behandelingen vinden plaats in één van de behandelkamers van de polikliniek Chirurgie. Vlak voor de ingreep krijgt u twee verdovingsprikken in uw teen. De ingreep duurt ongeveer twintig minuten.

Zoals bij elke operatie is er bij de behandeling van een ingegroeide teennagel een kleine kans op een nabloeding of een wondinfectie.

Soms lukt het niet om het stukje nagelwortel goed weg te halen. In dat geval bestaat de kans dat de nagel na enige tijd opnieuw in de huid groeit en een nieuwe ingreep nodig is.

Om de geopereerde teen krijgt u een drukverband. Dat betekent dat u na de ingreep niet meteen uw schoen kunt aantrekken. In plaats daarvan kunt u beter slippers of sandalen dragen.
Na drie tot vijf dagen mag u het drukverband verwijderen en een pleister op de teen doen. U mag dan ook weer de voeten baden.

U kunt na de ingreep meteen naar huis. Wij adviseren u het vervoer vooraf te regelen en niet zelf auto te rijden.

De dag van de ingreep moet u uw voet omhoog houden, om zo de kans op een bloeding te verminderen. De dag na de behandeling mag u op de hak van uw voet lopen.

Het kan zijn dat u na de ingreep wat pijnklachten heeft. Afhankelijk van de pijn kunt u meestal al weer na enkele (twee tot vijf) dagen weer normaal lopen. Het omhoog houden van de voet kan de pijn verminderen.
U mag ook een pijnstiller, bijvoorbeeld Paracetamol 500 mg innemen, 2 tegelijk en maximaal 4x per dag.

Als u nog vragen heeft, kunt u deze voorleggen voor de behandeling aan uw specialist of aan de verpleegkundige van de polikliniek chirurgie.
Bij noodgevallen of als u zich ongerust maakt, kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met het ziekenhuis: 088 – 066 1000.

Buiten de kantooruren kunt u terecht bij de Centrale Doktersdienst, telefoonnummer 0900 – 9229.
Neemt u in ieder geval contact op bij aanhoudende pijn in de behandelde teen en/of aanhoudende koorts (> 38,5º C).