Sleutelbeenbreuk

De chirurg en/of orthopeed behandelt u samen met de gipsverbandmeester.

In ons ziekenhuis behandelen we de breuk middels een sling, tape en oefeningen.

De sling wordt gebruikt om de arm rust te geven en daarbij de pijn te verminderen. U heeft de sling meestal niet meer dan 3 weken nodig en u bouwt gedurende deze weken het gebruik steeds meer af. De sling mag tijdens het slapen worden gedragen maar dit hoeft niet. Wat betreft het slapen, kan het in het begin prettig voelen om iets rechterop in bed te liggen en een kussen onder de onderarm te leggen.

De tape zorgt voor een gevoel van steun en kan daardoor zorgen voor minder pijn. De tape mag maximaal 7-10 dagen blijven zitten en mag daarna vervangen worden. Tape kan prettig voelen, maar is niet vereist tijdens de behandeling.

Door de oefeningen voorkomen we stijfheid en beperken we het verlies van kracht. Per week worden de oefeningen uitgebreid.

• Probeer de oefeningen 3-5 maal per dag te doen en maak per oefening 20-30 herhalingen.
• Voer de oefeningen rustig uit en zet niet te veel kracht.
• U mag lichte rek voelen maar voorkom scherpe pijn.

Week 1
In deze week draait het om het voorkomen van zwelling, stimuleren van de doorbloeding en verminderen van zwelling. We richten ons met name op de vingers, pols en elleboog.

Oefening 1
Houd de arm in de sling en buig en strek de vingers afwisselend.

Oefening 2
Houd de arm in de sling en beweeg de pols omhoog en naar beneden.

Oefening 3
Houd de arm in de sling en draai uw onderarm. Hierbij wijzen afwisselend de handrug en handpalm naar boven.

Oefening 4
De sling mag af maar houd de bovenarm tegen het lichaam aan. Strek en buig de elleboog zonder de bovenarm te bewegen. Probeer hierbij de elleboog voornamelijk volledig te strekken. De strekking kan namelijk erg snel bemoeilijkt worden door stijfheid.

Week 2 en 3
Blijf de oefeningen van week 1 uitvoeren. Na de controle in het ziekenhuis mag u ook starten met pendeloefeningen.

Oefening 5
Haal de arm uit de sling en steun met de niet-aangedane arm op een stevige stoel/kast of het keukenblad. Buig licht voorover en strek de aangedane arm en probeer deze zo ontspannen mogelijk te laten hangen. Beweeg vanuit de schouder (niet vanuit de pols of elleboog) in kleine rondjes met de klok mee en tegen de klok in. Maak naar mate de pijn dit toelaat de rondjes steeds groter.

Onderstaande oefeningen mogen ook zonder sling en zowel staand als zittend worden uitgevoerd.

Oefening 6
Laat (als u de sling niet draagt) de armen langs het lichaam hangen. Trek de schouders omhoog en ontspan deze weer bewust door ze naar beneden te laten zakken.

Oefening 7
Haal de arm uit de sling. Pak met de niet-aangedane arm de aangedane arm vast bij elleboog. Beweeg beide armen voorwaarts omhoog. Probeer als de pijn het toelaat steeds iets verder te komen. Beweeg tot maximaal schouderhoogte.

Oefening 8
Haal de arm uit de sling. Pak met de niet-aangedane arm de aangedane arm vast bij elleboog. Beweeg beide armen zijwaarts van links naar rechts, alsof u een kindje aan het wiegen bent. Probeer als de pijn het toelaat steeds iets verder te komen. Beweeg tot maximaal schouderhoogte.

Oefening 9
Haal de arm uit de sling. Houd de aangedane arm tegen de zijkant van het lichaam aan en buig de elleboog tot 90 graden. Beweeg de onderarm naar de buik en weer naar buiten.

Week 3 – 6
Na de controle in het ziekenhuis mag u starten met de volgende oefeningen. Deze oefeningen mogen pas uitgevoerd worden als de breuk voldoende hersteld is.

Oefening 10
Dit is een vervolg op oefening 7. Ga rechtop staan, bijvoorbeeld tegenover een muur. Beweeg de arm voorwaarts zover mogelijk omhoog langs de muur. De muur dient hierbij als ondersteuning, u mag de beweging ook zonder deze steun uitvoeren als dat lukt. Beweeg na het voorwaarts gaan de arm zover mogelijk naar achteren.

Oefening 11
Dit is een vervolg op oefening 8. Ga rechtop staan, bijvoorbeeld bij een muur. Beweeg de arm zijwaarts zover mogelijk omhoog langs de muur. De muur dient hierbij als ondersteuning, u mag de beweging ook zonder deze steun uitvoeren als dat lukt.

Oefening 12
Dit is een vervolg op oefening 9. De oefening kan het beste staand uitgevoerd worden. Houd de aangedane arm tegen de zijkant van het lichaam aan en buig de elleboog tot 90 graden. Beweeg de onderarm zover mogelijk naar buiten (dezelfde oefening als oefening 9). Beweeg daarna de gehele arm een eindje zijwaarts van het lichaam af en probeer daarna de handrug op uw onderrug te plaatsen.

Probeer pas weer kracht te zetten wanneer de breuk voldoende hersteld is. Dit hoort u na de controle in week 6. Het kan 6-12 weken duren voordat u de arm weer redelijk goed kan gebruiken.

Mochten de oefeningen moeilijk verlopen en merkt u beperkingen in de schouder? Dan is het oefenen met een fysiotherapeut een mogelijkheid. U kunt zelf een afspraak maken bij een fysiotherapiepraktijk bij u in de buurt.

Autorijden
U heeft geen toestemming van een arts nodig om auto te mogen rijden. Kijk ook naar de polisvoorwaarden van uw autoverzekering. Het kan zijn dat u niet verzekerd bent als u met een gebroken sleutelbeen achter het stuur zit. Als u zich onzeker over autorijden voelt, raden wij u aan om dit niet te doen.

Fietsen
Fietsen kan lastig zijn. Als u zich onzeker voelt, raden wij u aan om dit niet te doen.

Sporten
Als u in de sportschool op een veilige wijze oefeningen voor uw benen en eventueel onderrug kan blijven doen, is dit vanaf het begin toegestaan. Over het algemeen geldt dat sporten ongeveer 6-12 weken na het letsel weer kan.

Neemt u contact met ons op bij:

• koorts en/of rillingen
• fors toenemende pijnklachten zonder aanwijsbare reden
• het ontstaan van een wond ter plaatse van de breuk
• als u opnieuw bent gevallen op de aangedane zijde.

Wij vinden het belangrijk dat u goed geïnformeerd bent over uw behandeling. Heeft u na het lezen van deze tekst nog vragen? Aarzel dan niet om deze aan de medewerkers van de gipskamer te stellen. U bereikt de gipskamer via telefoonnummer 088 - 066 1000.